zondag 24 juni 2012
Onthaasten op 't Aailand.
Onthaasten op schiereiland Nederhemert-Zuid
Natuur is volgens Van Dale „dat wat de mens om zich heen ziet als niet door hem gewijzigd.” ’t Aailand van Nederhemert is door de mens ontstaan, aangelegd en volgeplant. Toch is het er schitterend wandelen.
Eilanden hebben altijd een zekere aantrekkingskracht op mensen. Wie een eiland opzoekt, heeft het gevoel alle sores van het vasteland achter zich te laten en zich even af te kunnen zonderen op een stuk grond dat geheel door water omsloten is.
Hoewel Nederhemert-Zuid een schiereiland is– via de Bergsche Maasdijk zonder brug of pont te bereiken– kun je de auto in Nederhemert-Noord parkeren en dan met het pontje oversteken naar Nederhemert-Zuid. Dat geeft echt het idee naar een eiland te gaan. Voor kinderen is het bovendien leuk, een stukje varen.
En het is aardig om te weten dat bezoekers dan treden in de voetsporen van de kerkenraad van de hersteld hervormde gemeente van Nederhemert. Die belegt elke eerste zondag van de maand een dienst in het kleine, oude kerkje op het ’t Aailand, zoals het in de volksmond wordt genoemd. Het pontje, dat normaal gesproken niet op zondag vaart, zet dan ’s middag een groep van zo’n 120 tot 140 gemeenteleden over. Die wandelen dan ongeveer 1,5 kilometer langs Kasteel Nederhemert naar het monumentale kerkje. "Het gebouw is iedere keer tot de rand gevuld, vertelt ds.H. Zweistra. "Heel bijzonder".
Toos Blom-Bouwman(52) uit Wijk en Aalburg komt zo'n 6 keer per jaar op het schiereiland. Vandaag heeft ze haar dochter Mette Bok-Blom(26) met diens zoontje Geert(2,5) meegenomen voor een wandeling langs de blauwe paaltjes. Vanaf de veerpont neemt Blom niet de Veerweg richting het kasteel en het kerkje maar een wandelpad naast de biologsiche kwekerij. Overhangende takken en brandnetels belemmeren de doorgang, maar daar laat moeder, dochter en kleinzoon zich niet door tegenhouden. "Kom maar Geert, ik houd de takken wel even aan de kant". Wat volgt is een schitterende wandeling door de akkers. Rechts staat het zomertarwe te wiegen in de wind, links strekken maisvelden zich uit. Een patrijs gaat klapwiekend op de vlucht, een konijntje maakt zich snel uit de voeten. De route steekt de Moffendijk over. De onverharde weg is niet genoemd naar de Duitsers die in de Tweede Wereldoorlog Kasteel Nederhemert leegroofden en in brand staken, maar een mof is een verbindingsstuk. De Moffendijk verbindt de wallen van het kasteel met de Bergsche Maasdijk bij Bern.
"Koekoek, koekoek"! Vanuit het nu opdoemde bos galmt de roep van de vogel die zijn eieren in andermans nest legt. "Kom Geert, we gaan naar de doolhof ", zegt Blom. Het bos dat officieel de Schans heet, wordt in de volksmond doolhof genoemd, hoewel een mens er niet verdwalen kan, zo klein is het. Mooi is het wel. De Schans is door de Spanjaarden in de Tachtigjarige oorlog opgeworpen als verdedigingswerk op een strategische locatie. De aarden wallen zijn nog duidelijk te herkennen. In de vroegere grachten liggen omgevallen bomen. Een geweldig speelobject voor de 2,5 jaar oude Geert. Spelen kan ook heel goed in de bijna honderdjarige speeltuin van Nederhemert-Zuid. "Ik speelde hier als klein kind al", zegt Blom. Nu roetsjt haar kleinzoon van de glijbaan. Daarna wil hij met zijn moeder en oma eens in de ouderwetse draaimolen. "Het nostalgische van de speeltuin willen we graag behouden, zegt eigenaar Richard Kastelijn. In een warme zomer betalen mensen graag 1,50 euro per kind om de jeugd onder de bomen te laten spelen. De wandeling gaat verder. Langs prachtige gerestaureerde historische woningen, langs het kerkje, waarvan het hek in een dikke boom is gegroeid. Dan wijst een blauw paaltje aan dat de route een soort houtwal op gaat. Het pad is overwoekerd met planten zoals zilverschoon, groot hoefblad, groot weegbree en fluitenkruid. De verslaggever en de fotograaf banen de weg, waarbij de schoenen en broeken aardig nat worden. "Dit paadje is nieuw voor me", zegt Blom, ik wist niet dat je op deze manier een rondje kunt lopen."Over de Kasteellaan gaat het richting Kasteel Nederhemert. Nu is het een prachtig bouwwerk, maar tien jaar geleden was het nog een ruïne. De route loopt om de slotgracht heen, over het Hendrik Knooplaantje. "Hendrik Knoop was een boswachter die regelmatig op z'n fiets met zijn geweer over de schouder rondjes fietste", weet Blom. "En o wee als je een snoeppapiertje op de grond gooide. Dan kreeg je een bekeuring."
Anno 2012 is er geen boswachter te bekennen. Wel volop zangvogels. Een winterkoninkje, een tjitjaf, een zanglijster en een merel lijken een wedstrijd te doen wie er het hardst kan zingen. De kleinste, het winterkoninkje wint het. Staatsbosbeheer heeft trouwens geen goede naam bij de ongeveer 45 inwoners. In 2006 kwamen zij in opstand omdat het staatsbedrijf tachtig populieren rond het kasteel had gekapt. De burgemeester van de Gemeente Zaltbommel sommeerde op straffe van een dwangsom om verdere kapwerkzaamheden onmiddelijk te staken. De schoolkinderen die op het natuurkampeerterrein tussen het kasteel en de Afgedamde Maas hun bivak hebben opgeslagen, zijn enthousiaster over Staatsbosbeheer. De organisatie heeft dan ook een prachtig plekje gecreëerd om een tent op te zetten. De 4 kilometer lange tocht zit er bijna op. Op de Veerweg richting de pont wemelt het van de konijntjes. Een jong beestje blijft lang nieuwsgierig naar de wandelaars kijken. Zijn moeder is allang in het struikgewas verdwenen. Om over te kunnen steken moeten bezoekers eerst op de bel drukken. Al snel is er aan de overkant activiteit te zien. De pont komt eraan en de tijd van afzondering is voorbij. Op de vaste wal wacht het werk. Maar het rondje Aailand was een prettige en rustgevende onderbreking.
Bron: Reformatorisch Dagblad-16 juni 2012
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten